Achtergrond

Anjers komen van nature voor in Europa en Azië. Enkele soorten komen van nature voor in Zuidelijk Afrika. In de heuvels tussen San Remo en Grasse zijn enorme anjer kwekerijen, aangelegd door René van Anjou die in 1434 de heerschappij kreeg over de Provence (Frankrijk). Hij liet in de heuvels in die regio anjervelden aanleggen zover het oog reikte en maakte de Provence tot het centrum van de anjerteelt. De grootste producent van sierplanten is tegenwoordig echter Colombia.


Snijbloemen
Er is de standaardanjer met één bloemknop en de trosanjer met meerdere bloemen. Verzorgingstips: anjers eerst enkele uren in de hoes op schoon water zetten. Met een scherp mes circa 1 cm van de steel schuin afsnijden. Daarna in een schone vaas met schoon water en snijbloemenvoedsel plaatsen. De vaas regelmatig bijvullen met water waarin snijbloemenvoedsel is opgelost. Snijbloemenvoedsel geeft een betere uitbloei met grotere bloemen en een betere kleur. Laat geen blad in het water hangen. Het water vervuilt dan snel, wordt troebel en gaat sterk ruiken. Anjers zijn zeer gevoelig voor ethyleengas. Daarom niet in de buurt van een fruitschaal zetten. Niet in de volle zon zetten.








Subpagina''s (1): links